- Gegevens
- Geschreven door: HJD
- Hits: 1721


Erelid Westergoo stond mee aan de basis van de succesvolle schaakcarrière van Jan Timman
Het gecombineerde nummer 10 en 11 van het schaaktijdschrift Matten is geheel gewijd aan de schaakcarrière van Jan Timman. Op pagina 31 komt Hans Böhm aan het woord en merkt het volgende op: “Jan en ik waren natuurlijk toch de betere jeugdspelers van Nederland, al was Gert Ligterink toen ook al een bekend talent. Maar Jan was toch altijd net een slag beter dan de anderen. Dat vonden ze bij Rotterdam zo mooi.” En het boek vervolgt met: Het leven van Jan Timman en Hans Böhm begint in die jaren al voor een substantieel deel uit schaken te bestaan. Het jonge tweetal reist veel zaterdagen naar een van de vele weekendevenementen, meestal een snelschaaktoernooi. Ze rijden dikwijls mee met twee oudere clubleden, Doornheim en Oord, die nou nooit eens winnen. Jan en Hans wel, die kapen de ene na de andere dagprijs weg. Ze hangen achterin de auto en stangen de twee ouderen die weer eens met lege handen terug naar Rotterdam toeren. De geldprijzen van de toernooien beginnen een substantiële uitbreiding van het zakgeld te worden. “Je had toch zo maar weer ineens honderd gulden in je zak’, aldus Böhm. Het is niet steeds geld wat het tweetal wint. Naast de al gememoreerde kruidkoeken vallen hun fruitmanden, onooglijke bekers en kleine losse rommel in handen. Het is een beste tijd. Iedereen is blij, het schaakleven is mooi en kent een gestage en geruisloze opleving. “Een kommerloze tijd”, zo omschrijft Böhm het ruim vier decennia later. (einde citaat).
Uit het bovenstaande blijkt dat een erelid van Westergoo een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de schaakcarrière van Timman, door hem in de weekenden regelmatig naar toernooien te vervoeren. Want de in het citaat genoemde Oord is stellig de oud-penningmeester van Westergoo die vlak voor de oorlog van Bolsward naar Rotterdam moest verhuizen omdat zijn werk naar de havenstad werd verplaatst. Zo zie je maar weer, waarin een kleine club groot kan zijn.
HJD