Kerstpuzzel 2024

Als we bijvoorbeeld alleen al de nieuwe baas van de NAVO mogen geloven, dan staat de wereld er beroerd voor. We kunnen met kerst nog zo hard en intens zingen van ‘vrede op aarde’, dat neemt niet weg dat de oorlogsdreiging de laatste decennia nog nooit zo groot is geweest dan nu. Het zou slechts een kwestie van tijd zijn eer het lawaai der kanonnen overal in Europa weer over de slagvelden buldert. Retoriek ten faveure van de wapenindustrie of realiteit? Ik weet het niet, ik hoop er maar het beste van en zoek troost in ‘gevechten’ die plaatsvinden op het schaakbord.
Gewoon omdat ik het zo leuk vind om te doen heb ik - ter afleiding van alle deprimerende berichten - maar weer eens een Kerstpuzzel gemaakt, wel wetende dat doorgaans maar heel weinig schakers de moeite nemen om de oplossing te achterhalen. Het zij zo. Aan het prijzenpakket ligt het niet. Voor de juiste oplossingen (voor 3 januari 2025 te mailen aan h.j.dijkstra @planet.nl) zijn enkele fraaie boekwerken beschikbaar. Mocht het onwaarschijnlijke feit zich voordoen dat er meer goede oplossingen binnenkomen dan er boeken voorradig zijn, dan wordt er geloot. Onder een juiste oplossing wordt verstaan: de slagzin die ontstaat nadat de letters behorende bij de juiste antwoorden in de bijgaande tabel zijn geplaatst. Veel succes en vooral veel plezier! ( De deelname staat overigens open voor een ieder.)

 

 

1 2 3 4 5 6 7 8 9
10 11 12 13 14 15 16 17 18
19 20 21 22 23 24 25 26 27    voor mij

 

 

 

KP 1


1. In deze stelling verspeelde een regerend wereldkampioen schaken zijn titel door Tf2 te spelen. Het betrof:
a. Euwe (G)
b. Botwinnik (Z)
c. Ding (D)

 

2. Een oud-jeugdlid van schaakclub Westergoo schopte het in de zeventiger jaren van de vorige eeuw tot vicepremier van Nederland. Van welke partij was hij lid?
a. KVP (O)
b. ARP (A)
c. CHU (W)

 

3. Om er een beetje in te komen een niet al te moeilijke opgave. Wat is in bijgaande stelling de beste zet voor zwart? (de laatste zet van wit was: Td1)


KP2
a. Een zet met de toren (M)
b. Een zet met de dame (G)
c. Een zet met de loper (A)

 

4. In 1946 organiseerde Westergoo een nationale achtkamp. In welke horecagelegenheid vond deze meerdaagse schaakwedstrijd plaats?
a. De Groene Weide (E)
b. Den Hof van Holland (M)
c. De Wijnberg (R)


5. Tijdens welk toernooi werd deze foto genomen?

 

KP3jpg

 

a. Het FK-snel 2024 (O)
b. Het FK-rapid voor teams 2024 (E)
c. Het FK snel 2024 (S)

 

6. Het is ooit één Westergoo’er gelukt het Fries kampioenschap voor 60-plussers op zijn naam te schrijven. Wie was dat?
a. Jurjen Dijkstra (R)
b. Auke Bootsma (A)
c. Piet Elzinga (E)


7. Het bijgaande probleem is ouder dan Westergoo. Het werd reeds in 1860 gepubliceerd en wel door iemand die in Heerenveen is geboden: G.L. de Boer. Door vele kenners geroemd als een verdienstelijk problemist. Het bijgaande werkstuk is alleraardigst. Wit geeft mat in vier. Met welk stuk wordt de sleutelzet gespeeld?

KP4

a. Met het paard op b8 (;)
b. Met het paard op a6 (!)
c. Met de loper op e4 (:)

 

8. De KNSB heeft ooit (en slechts gedurende enkele maanden) een Fries als voorzitter gekend. Wie was dat?
a. Waling Dijkstra (O)
b. Siep H. Postma (P)
c. Sytze Faber (S)

 

9. Wit geeft in dit probleem, gecomponeerd door de Bolswarder Van der Werf, mat in twee. Hoe luidt de sleutelzet?

 

KP5


a. Df2 (C)
b. g5 (I)
c. Le5 (O)

 

10. Toen de wereld nog niet werd beheerst door het internet had Westergoo een analoog clubblad dat vrijwel wekelijks verscheen. Hoe luidde de naam van dat blad?

a. Varianten (H)
b. Rokade (G)
c. Promotie (C)

 

Wie nam in 1989 het schrijven van de schaakrubriek in de LC ov er van Haije Kramer?

a. Remco Heite (Z)
b. Jouwert Turkstra (F)
c. Gerben van Manen (A)

 

12. In zijn schaakrubriek van 14 december jl. schreef Nick Maatman: “Knol laat een transformatie toe.” Het boekje ‘Schaakwoorden’ (In 2006 op de markt gebracht door Ton Lodder) kent het begrip niet en de samensteller van deze prijsvraag weet ook niet precies wat ermee bedoeld wordt. Vermoedelijk is het de ruil van de dame tegen twee torens.
In Schaakwoorden komen we wel het begrip Excelsiormars tegen. Wat wordt daaronder verstaan?

a. Een pion die in vijf achtereenvolgende zetten vanuit de beginstand promoveert (K)
b. Een koning die in ‘het kwadrant’ staat en middels een mars richting de pion promotie kan voorkomen (N)
c. Een paard dat in positie wordt gebracht om een profijtelijk vorkje uit te voeren (T)

13. In welke stad werd in het jaar 1906 de Friese Schaakbond opgericht?
a. Sneek (U)
b. Bolsward (E)
c. Leeuwarden (W)

14. Ooit was er een Westergoo’er wiens broer de meestertitel bezat? Wat was de voornaam van die broer?
a. Jan (Y)
b. Paul (N)
c. Klaas (V)

15. In welk jaar werd Philidor kampioen van Nederland?
a. 1939 ( L)
b. 1967 (I)
c. 2001 (J)

16. Deze afbeelding behoort tot de collectie van museum Voorhoeve te Wassenaar. Het is een creatie van kunstenaar Rinus van de Velde. De afbeelding is gedeeltelijk afgedekt. Wat doen de afgebeelde mannen?


KP6

a. Ze luisteren naar een expert van Kunst en Kitsch ( D)
b. Ze kijken naar een paardenrace op Duindigt (E)
c. Ze kijken naar twee analyserende schakers (S)

 

17. Een kadootje. In welk seizoen nam Westergoo voor het laatst deel aan de competitie van de KNSB?
a. Lang geleden (A)
b. Heel lang geleden (A)
c. Heel erg lang geleden (A)

18. Ooit kreeg de samensteller van deze ‘kwis’ een stapeltje schaaktijdschriften van Jacobus van Houten. (Van Houten was in de vorige eeuw lid van Westergoo een maakte zich onder meer verdienstelijk als wedstijdleider en klokkenmaker.) Het tijdschrift was getiteld “De Band” en werd uitgegeven door de toenmalige Amsterdamse Schaakbond. Een van de redacteuren van het blaadje was Siep H. Postma die na de oorlog (40-45) een poosje in Amsterdam verbleef, maar later terugkeerde naar zijn Friese geboortegrond. Postma had een vlotte en humoristisch pen waarmee hij tientallen schaakboekjes schreef waaronder de beroemde Jeugdschaakserie.
In De Band stond een rubriek genaamd Dekkers Denkhoek, waarin vaak koddige stellingen ter oplossing werden aangeboden. Bijgaand een voorbeeld: opgave: wit geeft mat in 4.

KP7



Wat is de juiste conclusie
a. Wit wint in vier dankzij 1. Db2 (H)
b. Wit wint alleen in vier door 1. Dg7 (B)
c. Wit wint in vier door 1. Dd2 (G)

 

19. Nog even terug naar Van Houten. Hij had een zwager die in Bolsward een bekende verschijning was: Johannes Couperus, ook wel bekend onder de naam Johannes Onderbroek omdat onder meer dat type kledingstuk onderdeel uitmaakte van de ‘negotie’ waarmee hij in Bolsward en omgeving ‘ventte’. Couperus schreef echter ook gedichten en hij gedroeg zich daar ook naar. Hij ging in een lange regenjas gekleed en droeg op zijn lange witte haren een forse alpinopet. In het Bolsward van ‘doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg’ was hij zo een opvallende verschijning. Of er veel waardering bestond voor zijn poëtische ontboezemingen weet ik niet. Ik acht de kans vrij klein, vooral ook omdat de liefhebbers van het geschreven vers - ook nu nog - vrij gering zijn in getal. Wie een beetje behoorlijk tegen een bal schopt is veelal beroemder dan iemand die op een verfijnde manier met woorden worstelt. Couperus had trouwens nog een belangrijke taak. Gezeten achter een indrukwekkend bureau waakte hij over de stilte in de leeszaal behorende bij de openbare bibliotheek in Bolsward. Als iemand het waagde meer gerucht te maken dan het geritsel dat ontstaat als gevolg van het omslaan van een bladzijde van een boek, dan greep hij in en maande de overtreder onmiddellijk tot stilte. Iedere keer als ik in een stiltecoupé in de trein mij zit te ergeren aan de mensen die ondanks het daartoe geldende verbod een (telefoon)gesprek zitten te voeren denk ik met weemoed terug aan de heer Couperus.
Welk huidig lid van Westergoo heeft de publicatie van ten minste een dichtbundel op zijn naam staan?

a. Jouke Hylkema (R )
b. HarmJan Dijkstra (D)
c. Jan Altena (E)

 

20. Nog maar weer even een leuk stellinkje. Het is al oud en werd gepubliceerd in de eerste jaargang van het schaaktijdschrift Sissa dat van1847 tot 1874 verscheen.

 

Kp8

Wit aan zet en geeft mat in zes.
a. Door 1. Pd4 en … 5. Kb1 (C )
b. Door 1. Pd4 en … 5. Pb5 (A)
c. Door 1. Pd4 en … 5. Pxe2 ( L)

21. En omdat ze zo leuk zijn doe ik er nog maar een achteraan.

 

KP9

 

Hoeveel zetten heeft wit nodig om zwart mat te zetten
a. Vijf zetten ( T)
b. Vier zetten (C)
c. Drie zetten (J)

 

22. Op mijn leestafeltje bevindt zich momenteel (onder meer) het boek “Ik wil koning zijn” geschreven door David de Poel en handelend over het leven van Jan Esser, Mondriaan ontdekker, pionier in de plastische chirurgie, selfmade miljonair en ….. Nederlands schaakkampioen, zo wordt op de voorzijde van het boek vermeld. Ik heb de eerste vier hoofdstukken achter de rug en hik een beetje aan tegen het vervolg. Oorzaak? De volgende zin die ik aantrof op pagina 54. “In 1899 werd een toernooi schaken in Londen gehouden met sterke spelers.” Ik ken schakers die bij het lezen van een dergelijke zin een boek onmiddellijk aan de kant leggen. In Londen wordt een toernooi schaken gehouden…hoepel toch op zeg, je weet direct dat de schrijver er geen bal verstand van heeft. Geen schaker die het heeft over een ‘toernooi schaken’. Wij kennen alleen ‘schaaktoernooien’. En dat belooft dus niet veel goeds als verderop in het boek de schaakprestaties van Esser belicht gaan worden. Mijn argwaan was al gewekt toen ik het boek begin december aanschafte. De biografie verscheen eerder in 2024 en lag nu al voor een zacht prijsje (€ 7,50) op de ramsjafdeling van de boekhandel. Ik hoop dat ik de tijd kan vinden en de moed kan opbrengen om het vervolg tot mij te nemen en ik hoop natuurlijk ook dat ik mijn voorlopig oordeel moet bijstellen. Wat je je altijd weer afvraagt in dit soort gevallen (bij boeken en films): waarom laten mensen die een leek zijn op schaakgebied hun geschriften of rolprenten niet even lezen of bekijken door iemand die wel is ingewijd in de schaakwereld en de terminologie die daarin gebezigd wordt. Met een paar simpele correcties kan veel ergernis voorkomen worden en het product zal bij voorbaat veel aan kwaliteit winnen.

In welk jaar werd J.Esser kampioen van Nederland?

a. 1913 (A)
b. 1914 (K)
c. 1915 (L)

23. “De analyses van Lodewijk Prins zijn, als altijd, zeer verward en foutief, maar juist daardoor krijgt hij stellingen op het bord, die weliswaar niet ter zake doen, maar op zichzelf aardig zijn.”
Dit citaat van (Jan) Hein Donner is te vinden in het tijdschrift Schaakbulletin, nr 57 (augustus 1972) In welke periode verscheen dit lezenswaardige periodiek eigenlijk?


a. 1968-1984 (D)
b. 1970-1980 (H)
c. 1969-1983 (N)


24. De eerste match Euwe- Aljechin met als inzet de wereldtitel vond plaats in 1935. Er was sprake van een reizend circus, dat wil zeggen men trok van stad naar stad. In welke Friese stad traden Max en Alexander in het strijdperk?
a. Leeuwarden (D)
b. Dokkum (P)
c. Ze speelden in geen enkele Friese plaats (A)

 

25. De Steenwijker variant is een variatie binnen de Tsigorinverdediging van het Spaans. De opening werd voor het eerst gespeeld tijdens een match tussen twee Nederlandse schakers. Wie waren dat en in welk jaar speelde zich een en ander af en waar?
a. Euwe en Kramer, 1940 te Steenwijk (B)
b. Euwe en Bunt, 1939 te Onna (N)
c. Kramer en Koomen, 1938 te Steenwijkerwold (T)

 

26. Tot welke datum kunnen leden van de FSB zich kandideren voor het lidmaatschap van de KNSB – ledenraad die naar verwachting in juni 2025 wordt geïnstalleerd?
a. 31 januari 2025 (S)
b. 31 december 2024 (R)
c. 1 maart 2025 (M)

 

27. Tenslotte: Wit speelt en wint in drie zetten. Met welke zet vangt de winstcombinatie aan?

KP 10

 

a. Le5 (S)
b. La1 (A)
c. mat in 3 is niet mogelijk (M)

 

Plezierige feestdagen en een voorspoedig 2025.
HJD